• Door naar de hoofd inhoud
Hoevestein 7 4903 SE Oosterhout
0162 464 097       
Hoevestein 7 4903 SE Oosterhout
0162 464 097       
Hoevestein 7 4903 SE Oosterhout
0162 464 097       

Van Geel & van der Plas

Header Rechts

  • Home
  • Over ons
    • Over ons
    • Onze diensten
  • Infowijzer
  • Nieuws
  • Vacatures
  • Documenten
  • Contact

Belastingplan

19 oktober 2023

De staatssecretaris van Financiën heeft een tweede nota van wijziging op het wetsvoorstel Belastingplan 2024 ingediend. Belangrijkste aanpassing is een beperking van de inflatiecorrectie in de inkomstenbelasting. Deze beperking is aangebracht op verzoek van de Tweede Kamer om een verhoging van de kinderbijslag te financieren. De beperking werkt door naar de drempelbedragen voor vermogenstoets voor de toeslagen. De wettelijke inflatiecorrectie per 1 januari 2024 bedraagt 9,9%. In plaats daarvan wordt de toe te passen inflatiecorrectie vastgesteld op 9,61%.

De hoogste inkomensschijf begint na beperking van de indexatiefactor € 75.549 in plaats van € 75.624. Het maximum van de algemene heffingskorting daalt van € 3.374 naar € 3.366. De afbouw van deze heffingskorting begint bij een inkomen van € 24.839 in plaats van € 24.904. De maximale arbeidskorting daalt door de ingreep van € 5.553 naar € 5.538. De arbeidskorting daalt vanaf een inkomen van € 39.939 in plaats van € 39.898.

Ook de grenzen voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek, de maximumbedragen voor de vrijstellingen van groen beleggen en van contant geld, de aanslag- en teruggavedrempel, de hoogste grens van de eigenwoningwaarde voor het eigenwoningforfait en de drempelbedragen voor de beschikking rendementsgrondslag worden met de verlaagde factor geïndexeerd.

In deze nota van wijziging wordt ook de voorkoming van economisch dubbele belasting tussen de aanvullende maatregel voor gecontroleerde buitenlandse entiteiten in de vennootschapsbelasting (de aanvullende CFC-maatregel) en de kwalificerende binnenlandse bijheffing in het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 geregeld.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 36418| 15-10-2023

Geplaatst in: Belastingplan

28 september 2023

Bij de Algemene Politieke Beschouwingen heeft de Tweede Kamer een groot aantal moties aangenomen met fiscale gevolgen. De Kamer heeft de volgende wensen geuit:

  • De taakstelling voor belastingconstructies en fiscale regelingen moet worden gerealiseerd, waarmee de inkomstenbelasting voor 2024 niet wordt verhoogd.
  • Het deskundigheidsvereiste voor toepassing van de 30%-regeling moet worden aangescherpt.
  • De regering moet winstdeling van bedrijven aan werknemers stimuleren. In dat kader moet de regering onderzoeken welke fiscale en andere obstakels winstdeling aan werknemers belemmeren.
  • De korting op accijns van benzine en diesel moet ook in 2024 gelden en de accijnzen worden eenmalig niet geïndexeerd. Daarnaast wil de Kamer dat de energiebelasting voor huishoudens wordt verlaagd met € 200 miljoen structureel. Deze voorstellen zouden gefinancierd moeten worden uit de incidentele en structurele middelen van de aanvullende post, uit meeropbrengsten in de aardgasbaten en uit het Nationaal Groeifonds.
  • De regering moet zich inzetten om de financiële en fiscale voordelen voor het gebruik van fossiele brandstoffen in de lucht- en scheepvaart en de industrie af te schaffen.
  • De vliegbelasting moet ook worden geheven van transferpassagiers en van privévliegtuigen. De uitbreiding van de vliegbelasting is bedoeld om de energiebelasting op aardgas voor huishoudens te verlagen.
  • Het minimumloon moet met 1,7% extra worden verhoogd. De koppeling van de uitkeringen aan het netto minimumloon moet behouden worden. Verder moet het budget voor de kinderopvang worden verhoogd met € 425 miljoen, zodat de maximumuurprijs voor de kinderopvang en de buitenschoolse opvang kan aansluiten bij de werkelijke prijzen. De voorgestelde verlaging van het afbouwpunt van het kindgebonden budget voor paren met € 9.000 moet vervallen. Deze voorstellen zouden gefinancierd moeten worden door de inkoop van eigen aandelen te belasten als het uitkeren van dividend, de opbrengst van de bankenbelasting te verhogen met € 350 miljoen en een verhoging van de tarieven in box 2 en box 3 met 2%-punt.
Bron:Tweede Kamer| wetsvoorstel| 21-09-2023

Geplaatst in: Belastingplan

21 september 2023

Dit wetsvoorstel bevat drie maatregelen voor de glastuinbouwsector. Het betreft:

  1. het afschaffen van de verlaagde energiebelastingtarieven,
  2. het beperken van de vrijstelling voor elektriciteitsopwekking en
  3. de introductie van een CO2-heffing glastuinbouw.

Het beperken van de vrijstelling voor elektriciteitsopwekking geldt niet alleen voor de glastuinbouw, maar ook voor de industrie en energiesector.

Verlaagde tarieven

Voor de glastuinbouw gelden verlaagde tarieven in de energiebelasting voor gas. In de periode van 1 januari 2025 tot 2030 worden deze geleidelijk afgeschaft. In dezelfde periode wordt de vrijstelling van energiebelasting voor elektriciteitsopwekking geleidelijk beperkt. De afschaffing van de verlaagde energiebelastingtarieven op aardgas voor de glastuinbouwsector heeft ook effect op de heffing van accijns. De teruggaafregeling voor vloeibaar gemaakt petroleumgas, dat gebruikt wordt voor de bevordering van het groeiproces van tuinbouwproducten indien geen aansluiting aanwezig is voor aardgas, vervalt per 1 januari 2025.

CO2-heffing glastuinbouw

Per 1 januari 2025 wordt een CO2-heffing voor de glastuinbouw ingevoerd. De heffing gaat ook gelden voor energiebedrijven, die binding met één of meerdere glastuinbouwbedrijven hebben. Glastuinbouwbedrijven en energiebedrijven voor de glastuinbouw met een ETS-installatie worden uitgezonderd voor de CO2-heffing industrie en minimum CO2-prijs elektriciteitsopwekking om dubbele CO2-heffing te voorkomen. Voorlopig wordt uitgegaan van een tarief van € 1,35 per ton CO2 in 2025. Het tarief loopt lineair op naar € 6,80 in 2030.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 18-09-2023

Geplaatst in: Belastingplan

21 september 2023

Doel van de fiscale bedrijfsopvolgingsregelingen is te voorkomen dat belastingheffing bij reële bedrijfsoverdrachten de continuïteit van de onderneming in gevaar brengt. De bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet (BOR) en de doorschuifregeling voor een aanmerkelijk belang in de inkomstenbelasting (DSR ab) worden per 1 januari 2025 als volgt aangepast.

  1. De vrijstelling van 100% van de schenk- en erfbelasting bij een bedrijfsopvolging geldt tot een goingconcernwaarde van de onderneming van € 1,5 miljoen. De gedeeltelijke vrijstelling voor het meerdere ondernemingsvermogen daalt van 83 naar 70%.
  2. De 5%-doelmatigheidsmarge, waardoor een deel van het beleggingsvermogen in de BOR en de DSR ab als ondernemingsvermogen wordt beschouwd, vervalt.
  3. Bedrijfsmiddelen, die zowel privé als zakelijk worden gebruikt, kwalificeren slechts voor de BOR en DSR ab voor zover deze in de onderneming worden gebruikt. Dat geldt voor bedrijfsmiddelen met een waarde in het economische verkeer van minimaal € 100.000 op het moment van de verkrijging en een niet-zakelijk gebruik van meer dan 10%.
  4. De dienstbetrekkingseis in de DSR ab vervalt.
  5. Er wordt een minimumleeftijd van 21 jaar ingevoerd voor de verkrijger bij schenking van een ab voor de DSR ab en voor schenking voor de BOR.

Op Prinsjesdag 2022 is aangekondigd dat aan derden verhuurde onroerende zaken met ingang van 1 januari 2024 niet meer in aanmerking komen voor de BOR en de DSR ab. Deze maatregel is opgenomen in dit wetsvoorstel. Aan derden verhuurde onroerende zaken worden voortaan aangemerkt als beleggingsvermogen. Of sprake is van aan derden verhuurde onroerende zaken wordt beoordeeld aan de hand van een feitelijkgebruiktoets én een oogmerktoets.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 18-09-2023

Geplaatst in: Belastingplan

21 september 2023

Een fiscale beleggingsinstelling (fbi) is subjectief belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. De winst van een fbi wordt belast tegen een tarief van 0% voor zover deze wordt uitgekeerd aan de beleggers. De regeling voor de fbi wordt aangepast door invoering van de zogenoemde vastgoedmaatregel. Daardoor is het vanaf 1 januari 2025 niet langer mogelijk voor een fbi om direct in Nederlands vastgoed te beleggen. Een beleggingsinstelling, die wel direct in Nederlands vastgoed belegt, wordt regulier belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Een fbi mag wel direct beleggen in vastgoed dat in het buitenland is gelegen.

Er komt een voorwaardelijke en tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2024 voor herstructureringen van bestaande fbi’s die beleggen in Nederlands vastgoed.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 18-09-2023

Geplaatst in: Belastingplan

21 september 2023

Het kabinet stelt een aantal aanpassingen van het kindgebonden budget voor:

  1. Het maximumbedrag voor het eerste kind wordt verhoogd met € 750 per jaar.
  2. Het maximumbedrag voor het tweede en volgende kinderen gaat met € 883 per jaar omhoog.
  3. Het extra kindgebonden budget voor kinderen van 12 tot 18 jaar stijgt met € 400 per jaar.
  4. Het extra kindgebonden budget voor alleenstaande ouders wordt verlaagd met € 619 per jaar.
  5. De inkomensdrempel voor de berekening van een korting op het kindgebonden budget voor ouderparen wordt verlaagd met € 11.111 per jaar.

De aanpassingen van de genoemde (maximum)bedragen in het kindgebonden budget vinden plaats nadat de bedragen van het kindgebonden budget uit 2023 zijn aangepast op grond van eerder beleid en zijn geïndexeerd met de tabelcorrectiefactor. Deze factor bedraagt voor 2024 1,099.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 18-09-2023

Geplaatst in: Belastingplan

  • « Ga naar Vorige pagina
  • Pagina 1
  • Pagina 2
  • Pagina 3
  • Pagina 4
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Pagina 8
  • Ga naar Volgende pagina »

Van Geel &
van der Plas

 

Wij hebben +30 jaar ervaring en helpen jou met je administratieve en fiscale uitdagingen

Snel naar:

  • Diensten
  • Nieuws
  • Contact
  • Vacatures

Contactgegevens

Hoevestein 7
4903 SE Oosterhout

 

0162 464 097

 

kantoor@vangeel-vanderplas.nl

© 2025 Van Geel & van der Plas | Realisatie: Probu

Privacyverklaring & AV koppeling

Privacyverklaring  |  AV